Habitatherstel van de geelbuikvuurpad (Bombina variegata) bij Evaux les Bains (Creuse).



Door Natura 2000 aangewezen gebied waar de geelbuikvuurpad voorkomt.
Ten noorden van het dorp Evaux les Bains in de Creuse ligt het beekdal van de Cher.
In 1997 is er langs de beek een weg in de helling gehakt om een kilometer verder een stuwdam aan te leggen. Door het zware transport en wat steenverplaatsingen is hier een soort groeve ontstaan, met een aantal poeltjes en wat plassen die in de zomer enkele maanden water bevatten.
Ironisch genoeg was het juist deze verstoring die zorgde voor een zeer dynamische omgeving waar de geelbuikvuurpad van profiteerde. Het gebied werd wegens het voorkomen van onder andere de geelbuikvuurpad op de lijst van beschermde gebieden geplaatst (Natura 2000).
Activiteiten voor het aanleggen van de stuwdam werden gestopt en er ontstond een prachtig millieu waar veel amfibieën van profiteerden. Zo werden er in 1999 bijna alle in de Creuse inheemse amfibieën en reptielen waargenomen.
In het genoemde beekdal werd in 1998 in de door werkzaamheden ontstane plasjes en poeltjes voortplanting geconstateerd van vuursalamander(Salamandra salamandra), vinpootsalamander(Triturus helveticus), marmersalamander(Triturus marmoratus), springkikker(Rana dalmatina), bruine kikker(Rana temporaria), meerkikker(Rana ridibunda), boomkikker(Hyla arborea), gewone pad(Bufo bufo), vroedmeesterpad(Alytes obstetricans) en geelbuikvuurpad(Bombina variegata). Al met al een gebied met een hoge dichtheid van herpetofauna-soorten, want daarnaast vinden we in het gebied verder nog 3 soorten hagedissen en maar liefst 5 van de 6 in de Creuse voorkomende slangen waaronder aspisadder(Vipera aspis) en Esculaapslang(Elaphe longissima)

Eiken-haagbeukenbos in het beekdal van de Cher, mei 1998.


Situatie na het afgraven van het talud juni 1998.


Compleet begroeid talud november 2005.


Helling na het afgraven, juni 1998.


Oprukkende vegetatie, november 2005.


Voortplantingspoeltje van de geelbuikvuurpad, in dit poeltje bevonden zich in de zomer van 1998 ongeveer 200 larven.



Hetzelfde poeltje in 2005, door verregaande succesie droogde het poeltje al in mei uit.


Winterverblijfplaats van de geelbuikvuurpad, november 2005.

In de periode 1997 tot 2000 herbergde dit beekdal één van de grootste populaties geelbuikvuurpadden van het hele departement Creuse.
Omdat na 1998 de werkzaamheden in het gebied tot stilstand kwamen groeide in een aantal jaren alle watertjes dicht.

In 2002 werd voor het laatst voortplanting van de geelbuikvuurpad geconstateerd en in de zomer van 2005 bevonden zich in de kleine, haast dichtgegroeide watertjes slechts nog larven van de springkikker en de vinpootsalamander. Vroedmeesterpad- en meerkikkerlarven werden aangetroffen in rustige delen van de beek.

Van de geelbuikvuurpad werden nog kleine aantallen adulten dieren aangetroffen onder stenen op vochtige plaatsen. Daar er al 3 jaar geen voortplanting was geweest, dreigde de laatste grote populatie geelbuikvuurpadden in de Creuse, notabene in een Natura 2000 gebied definitief te verdwijnen, door gebrek aan geschikt voortplantingswater.
Snel ingrijpen was noodzakelijk.

Omdat in tegenstelling tot de Nederlandse situatie het landhabitat nog intact was, richtte het herstel zich op het voortplantingswater. Er diende weer -op duurzame wijze- dynamiek (a.g.v. menselijke activiteiten) in het gebied te komen, wil het secundair habitat van de geelbuikvuurpad ook de komende decenia stabiel blijven of uitbreiden.

Habitatherstel periode 2006 - 2008


Ton Stumpel en Rob Veen tijdens het fotograferen van geelbuikvuurpadden in Evaux le Bains, mei 2004.



Locatie: afgraving

Besloten werd dat er in 2006 in dit gebied tal van nieuwe voortplantingswatertjes zouden worden aangelegd, en in 2007 twee andere naburige terreinen zouden worden "opgeschoond".
In de Limousin was dit de eerste keer dat er speciaal voor de geelbuikvuurpad aktie werd ondernomen.
Dat terwijl men 10 jaar geleden niet eens op de hoogte was van het voorkomen van geelbuikvuurpadden in dit gebied.
Inmiddels heeft het habitatherstel in 2006 daadwerkelijk plaatsgevonden en is het voortplantingssucces gemonitoord.


Het begin van de graafwerkzaamheden, maart 2006.


In totaal worden er 73 poeltjes gegraven, maart 2006.


Interview radio Creuse Bleu met Laurent Rivière (ONF) en Rob Veen.


In deze poeltjes vondt voortplanting plaats van geelbuikvuurpad, vuursalamander en grote groene kikker, mei 2006.


Een van de beste voortplantingspoeltjes van de geelbuikvuurpad, in dit poeltje werden meer dan 200 larven aangetroffen, mei 2006.


Excursie in het gebied met betrokkenen(Burgemeesters, grondeigenaar en beheerders) juni 2006.


Uitdroging van verschillende poeltjes, juli 2006.


Mortaliteit onder larven van de geelbuikvuurpad, juli 2006.
Habitatherstel langs een weg bij Evaux les Bains.

In maart 2007 werd de totaal dichtgegroeide bermsloot opnieuw uitgegraven, in dit gebied werd de laatste 9 jaar geen geelbuikvuurpad meer gezien. Na het uitgraven met een minigraver, wat ongeveer 45 minuten in beslag nam, vulde de geul zich binnen twee dagen met water.
Eind maart stond de geul vol water en was ongeveer 60 cm. diep. De resultaten in het erop volgende voorjaar waren verbluffend.
In totaal werden meer dan 15 volwassen geelbuikvuurpadden aangetroffen, in de zomer bevonden zich honderden larven in de geul.
In juli en augustus metamorfoseerden er ongeveer 300 juvenielen.
Opvallend was de lengte van de pasgemetamorfoseerde dieren, deze bedroeg bijna 20 mm!!!!
Het nieuw onstane water was bijna vrij van andere soorten, er werd 1 bruine kikker aangetroffen, en een tiental larven van de vuursalamander.
Tevens werden er enkele keren juveniele ringslangen aangetroffen, waargenomen was predatie op geelbuikvuurpadlarven.
Een uitstekend resultaat voor 2007.



Geultje langs de weg, voortplantingsplaats van de geelbuikvuurpad in 1997.



De zelfde plaats in 2005, het geultje is dichtgegroeid en sinds 2003 is de geelbuikvuurpad er verdwenen.



Geultje langs de weg tijdens het uitgraven in maart 2007 .


De zelfde geul na het vollopen met water
in april 2007, Er vond een succesvolle voortplanting
van de geelbuikvuurpad plaats in juni 2007.
Situatie 2008

In 2008 werden geen larven van de geelbuikvuurpad waargenomen en vond er geen metamorfose plaats.
De situatie was duidelijk, in dit jaar werden er in het geultje larven en adulten aangetroffen van vinpootsalamander (vele tientallen) en marmersalamander. Tevens bevonden er zich honderden larven van springkikker, bruine kikker en vuursalamander. Ook vonden we er ruggezwemmers, waterroofkevers en libellenlarven.
Door de te grote predatiedruk is er van de voortplanting van de geelbuikvuurpad niets terechtgekomen.
Om in 2009 weer een goed voortplantingsjaar van de geelbuikvuurpad te krijgen, lieten we in februari 2009 het geultje helemaal leeglopen, de droge greppel wordt eind april weer dichtgemaakt zodat het weer vol water komt als alle andere amfibieën de voortplanting al lang achter de rug hebben.



Het leeg laten lopen van het geultje, 1 maart 2009.
Habitatherstel langs de Cher nabij het dorp Chambonchard.

In maart 2007 werd een waterplasje op een holle weg uitgegraven, in dit gebied werd in juli 2005 een subadulte geelbuikvuurpad aangetroffen.
Omdat het waarschjinlijk ging om een zwervend dier, leek het interessant om op deze natte plaats een karrespoor aan te leggen wat het insijpelende water kon behouden.
Ook werden wat bomen gekapt zodat er meer zonlicht op deze plek kan komen.
Naast het karrespoor dicht tegen de beek kwam dan een ongeveer 4 vierkante meter grote poel.
Na het uitgraven met een minigraver, wat ongeveer een uur in beslag nam, vulde de geul en het lager gelegen poeltje zich binnen twee dagen met water.
het gebied werd wekelijks bezocht en de resultaten genoteerd.
In totaal werden slechts twee volwassen geelbuikvuurpadden aangetroffen, voortplanting vond er helaas niet plaats.
In het voorjaar werden duizenden larven van bruine kikker aangetroffen, en zeker 50 larven van vuursalamander.
Ook werden er regelmatig groene kikkers aangetroffen.
In de zomer werd het poeltje spontaan gekonoliseerd door vroedmeesterpad, ongeveer 50 larven werden gezien.
Tevens werden er enkele keren juveniele ringslangen aangetroffen, waargenomen was predatie op vuursalamanderlarven.
Een teleurstellend resultaat voor de geelbuikvuurpad in 2007, maar de kleine populatie zal ook in 2008 worden gevolgd.



Waterplas op een holle weg, vindpplaats van een subadulte geelbuikvuurpad in 2005.



Het uitgraven in maart 2007.




Het ontstane karrespoor.



Het karrespoor gevuld met water in april 2007.



Het lager gelegen poeltje in april 2007.



Het poeltje in augustus 2007, Er vond een succesvolle voortplanting van de vroedmeesterpad plaats.
In het kort wordt het verloop van het habitatherstel van de geelbuikvuurpad op deze webpagina beschreven, en zal gedetailleerde informatie op te vragen zijn.

Uitvoering van het habitatherstel is in handen van het "ONF" (Office National des Forets) in het kader van de Europese habitatrichtlijn "NATURA 2000".
Opzet en verslaglegging wordt uitgevoerd door Rob Veen (Tigouleix) in het kader van een tweejarig onderzoek naar de verspreiding van de geelbuikvuurpad in de Limousin, in samenwerking met Romuald Dohogne (GMHL)(Groupe Mammalogique et Herpétologique du Limousin). Advies bij verslaglegging: Ton Stumpel (Afdeling ecosystemen, ALTERRA Wageningen).

Terug naar openingspagina geelbuikvuurpad.